Fioretti College Veghel

H8 Over economische grenzen

H8 Over economische grenzen
Hoofdstuk 8
herhaling
Over economische grenzen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slide and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H8 Over economische grenzen
Hoofdstuk 8
herhaling
Over economische grenzen

Slide 1 - Slide

Waar denk je aan bij
internationale handel?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Als het slecht gaat met de Nederlandse export, is dat nadelig voor de werkgelegenheid in ons land.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Export van goederen en diensten levert Nederlandse bedrijven inkomsten op.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Alles wat Nederland exporteert, is in ons land geproduceerd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Wat is een voorbeeld van export.

A
Een Liberiaanse tanker vervoert olie voor Shell Nederland
B
Duizend bezoekers wonen in Brazilië een optreden van Martin Garrix bij
C
Een Nederlandse familie gaat een weekendje naar Euro-Disney
D
Via het Duitse Amazon.de koop je een nieuwe fiets.

Slide 7 - Quiz

Een reden voor Nederlandse bedrijven om te exporteren is dat de binnenlandse markt voor hen te klein is.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Een land dat afhankelijk is van de internationale handel heeft een gesloten economie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Hoe noem je een overzicht van alle betalingen aan het buitenland en ontvangsten uit het buitenland?
A
begroting
B
betalingsbalans
C
wederuitvoer
D
internationale balans

Slide 10 - Quiz

Als er bij een betalingsbalans meer export is dan import, is er sprake van:
A
overschot
B
evenwicht
C
te kort

Slide 11 - Quiz

Ellen woont in Nederland, maar ze heeft een spaarrekening in Denemarken. Hier is sprake van:
A
Vrij verkeer van goederen en diensten
B
Vrij verkeer van personen
C
Vrij verkeer van kapitaal

Slide 12 - Quiz

Marja is in Nederland opgegroeid, maar zij studeert sinds enkele jaren in Oostenrijk. Hier is sprake van:
A
Vrij verkeer van goederen en diensten
B
Vrij verkeer van personen
C
Vrij verkeer van kapitaal

Slide 13 - Quiz

Thomas bestelt zijn kleding via internet in Duitsland en Italië.
Hier is sprake van:
A
Vrij verkeer van goederen en diensten
B
Vrij verkeer van personen
C
Vrij verkeer van kapitaal

Slide 14 - Quiz

Wilson komt uit Ierland, maar werkt al jaren in Portugal.
Hier is sprake van:
A
Vrij verkeer van goederen en diensten
B
Vrij verkeer van personen
C
Vrij verkeer van kapitaal

Slide 15 - Quiz

In Ierland betalen bedrijven 12,5% vennootschapsbelasting, In Nederland en andere EU-landen is dat 20 of 25%. Waarom heeft de Ierse overheid voor zo'n laag percentage gekozen?
A
Dat levert ze minder belasting op.
B
Dat zorgt voor meer productie en werkgelegenheid.
C
Dat zorgt voor eerlijke concurrentie.

Slide 16 - Quiz

De kosten van handel binnen de eurozone zijn door het gebruik van de euro hoger geworden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

De euro zorgt ervoor dat je de prijzen binnen de eurozone makkelijker met elkaar kunt vergelijken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Gegevens Nederland in 2012
Import: 425 miljard Export: 375 miljard
Nationaal inkomen: 607 miljard
Hoe groot was de importquote?
A
61,8%
B
70%
C
1,3%
D
142%

Slide 19 - Quiz

Gegevens Nederland in 2012
Import: 425 miljard Export: 375 miljard
Nationaal inkomen: 607 miljard
Hoe groot was de exportquote?
A
61,8%
B
70%
C
1,3%
D
142%

Slide 20 - Quiz